Komende maandag word ik, anderhalf jaar na mijn laatste raadsvergadering, opnieuw geïnstalleerd als raadslid. Ondanks de vervelende aanleiding kijk ik met plezier en optimisme uit naar de komende maanden waarin ik me zal bezighouden met de beleidsterreinen economie, werk en inkomen, sport en het stadsdeel centrum. Onderwerpen die zowel landelijk als lokaal de nodige aandacht vragen vanwege de grote invloed die ze hebben op de welvaart en het welzijn van mensen.
Onlangs kwam uit onderzoek van het Sociaal en Cultureel planbureau naar voren dat de Nederlander zijn leven een 7,8 als cijfer geeft. Er bleek echter een grote tweedeling te zijn tussen hoogopgeleide mensen met een hoger inkomen en laagopgeleide mensen met een laag inkomen. Deze groep mensen ervaart vaak veel onzekerheid in het leven. Ze hebben niet alleen minder inkomen, maar ook meer gezondheidsklachten en minder baanzekerheid dan mensen die hoogopgeleid zijn en over de mogelijkheden en middelen beschikken om hun leven lang te leren.
Werk en inkomen hebben een grote impact op het gehele welbevinden van mensen. Velen ervaren dat de tweedeling in de samenleving de afgelopen jaren alleen maar groter is geworden. Terwijl op nationaal en lokaal niveau overheden met name inzetten op het aantrekken van grote ondernemingen, vergeet men soms wel eens dat inkomenszekerheid aan de basis ligt van ons geluk. Het spreekt dan ook voor zich dat ik me vereerd voel dat ik de komende maanden op deze onderwerpen het GroenLinks geluid mag laten horen in de gemeenteraad.